Bootje varen

Heerlijk toch met een bootje het water op, zonnetje erbij, heerlijk briesje en mooie natuur. Ik kijk uit naar de zomer en even weg te zijn uit de drukte en de rust op te zoeken. Nu genoeg gedagdroomt hier gaat het nu om het echte werk.

In de yoga hebben we de “boot” ook wel in het Sanskriet Paripuna Navasana. Een hele mond vol en mag je direct weer vergeten. Dit bootje is wel wat anders dan ronddobberen op een plas, meer, zee of sloot. Voor dit bootje moet je hard werken aan je buikspieren, rechte rug en kracht.

undefined

Zoals je hierboven ziet is dit een “halve boot”. Waarom half, dan zinkt het zou je zeggen :-), omdat in pose 1 de knie gebogen blijft en makkelijker uitvoerbaar. Je zit hier op je zitbotjes, je maakt een rechte rug, je trekt je buikspieren helemaal naar je rugwervel, je houdt je nek lang en je brengt voorzichtig beide benen omhoog. Vindt je dit te moeilijk kun je ook proberen een teen aan de grond te houden en de ander wel te buigen. Als je vertrouwen hebt in je balans en kracht, breng voorzichtig de andere knie naast elkaar. Ook gestrekte armen zijn vaak zwaar je kan er daarom voor kiezen de ellenbogen zacht gebogen te houden, de vingers zacht in je knieholte te laten rusten. (alsof je de knie naar je toetrekt). Let op! het is niet de bedoeling dat die helpen. Voor de variatie kun je het tweede been doorstrekken zoals in pose 2 en als je nog meer uitdaging zoekt is er altijd nog een pose zoals hieronder in 3 en 4. Belangrijk is dat je spanning houdt op je core (buik, rug).

undefined

Je kan ook een liggende boot doen, dit is voor diegene waarbij bovenstaande niet lukt maar je wil aan je buikkracht werken. Je ligt nu op de grond, strekt de armen naar achteren door en strekt je benen. Nu lift je de benen een stukje van de grond. Hoe lager bij de grond hoe zwaarder. Je kan de benen dus altijd bovenin beginnen en laten zakken tot jou kracht.
Zelf vind ik dit een heerlijke oefening. Alles in mijn lichaam staat op spanning en moet hard werken om in shape te blijven. Ja, laat dat bootje maar dobberen.